Publieke voorzieningen
Al in 1863 was er in sommige straten in het centrum een
gasverlichting. Maar na een brand in de, midden in het dorp gelegen, gasfabriek
werd het veiliger gevonden om de gasfabriek te sluiten en maar weer op bronolie
lampen over te schakelen.
In 1920 werd Schijndel aangesloten op een electrisch lichtnet.
Een ander voorbeeld van een openbare voorziening ten behoeve van
de lokale gemeenschap was de dorpspomp. Iedereen mocht er gebruik van maken.
In een tijd dat er nog geen waterleiding was gebeurde dat dan ook volop.
Bovendien het was gratis. Verder was de dorpspomp bij brand van belang.
Weliswaar niet in grote hoeveelheden maar de dorpspomp zorgde er voor dat men
eigenlijk meteen bluswater tot zijn beschikking had. In 1939 kon de brandweer
in Schijndel voor het eerst aansluiten op de waterleiding.
In 1936 werd van bakker Tijn van Liempd de onderstaande foto
gemaakt. De dorpspomp stond op de hoek Hoofdstraat-Pompstraat. Het pand rechts
achter de pomp is de kledingzaak van Ausems. Verderop is het gemeentehuis nog
zichtbaar.
Politiek
Overheid en politiek staan in nauwe relatie met elkaar. Aan wie gezag
wordt toevertrouwd en hoe er bestuurd wordt is in ons bestel uiteindelijk een
politieke aangelegenheid waar gekozen volksvertegenwoordigers invulling aan
kunnen geven.
Pas vanaf 1919 vonden er algemene verkiezingen voor de
gemeenteraad plaats waar zowel mannen als vrouwen aan konden deelnemen.
Opvallend is het aantal "gegoede" gemeenteraadsleden -fabrikanten,
welgestelde middenstanders en grote boeren. In 1919 kregen de arbeiders evenwel
ook een vertegenwoordiger in de raad in de persoon van Toon Verkuijlen - de
voorzitter van de R.K. Werkliedenbond.
In de hier beschreven periode had Schijndel de volgende
burgemeesters: P.A. Verhagen (1874-1889)- B.J. Hulshof (1889-1890) - H.L.
Manders (1890-1919) - J.J. Janssens (1919-1937) en W.J.N. Wijs (1937-1952).
Gemeentesecretaris waren: J.A. van der Spank (1889-1916) - F.H. de Bruijn
(1916-1930) en N.].]. Verhagen (1930-1968).
In 1923
werd onderstaande foto gemaakt van burgemeester en wethouders, de raadsleden en
de gemeentesecretaris. Het raadslid Ant. Smits ontbrak.
Staand de raadsleden: J.A. Boland, J.J. van Geffen, Ant. Verkuijlen,
Chr. Wouters, A.J. Vugts, Mart. Schevers.
Zittend: Joh. van de Boogaard (wethouder), F.H. de Bruijn
(secretaris), J.J. Janssens (burgemeester), J.W. Timmermans (raadslid), H.G.J.
Bolsius (raadslid) en Adr. van den Oetelaar (Wethouder).
Ter
gelegenheid van het koperen ambtsjubileum van burgemeester Janssens in april
1932 schoot een fotograaf het volgende plaatje.
Staand: J.J.M. van Liempd (ambtenaar), L.J. van Esch (gemeenteontvanger),
C.J.P. Heerkens (raadslid), H.P.C. Jansen (raadslid), Joh. van de Westelaken
(raadslid), Chr. Wouters (raadslid), H.G.]. Bolsius (raadslid), A.J. Vugts
(raadslid), Ant. Verkuijlen (raadslid), A.J.L. van Bokhoven (ambtenaar), Mart.
Schevers (raadslid), Chr. van Weert (raadslid), Joh. van den Dungen (raadslid),
P.J.M. van der Spank (ambtenaar) en Petr. Kastelijn (raadslid).
Zittend: N.J.J. Verhagen (gemeentesecretaris), Adr. van den
Oetelaar (wethouder), J.J.P.M. Janssens (zoon van de burgemeester, tevens hier
ambtenaar), mevrouw Janssens-Vullinghs, burgemeester J.J. Janssens, H.J.J.A.M.
Janssens (dochter van de burgemeester) en G.J. van Esch (wethouder).
Bij landelijke verkiezingen stemde nagenoeg geheel Schijndel op
de Rooms Katholieke Staatspartij. Het was zo iets als een verlengstuk van de
katechismus: een katholiek stemde op de R.K.S.P. !
In 1937 kwam die "vanzelfsprekendheid" echter flink
onder druk te staan. Ten gevolge van de landbouwcrisis stond veel boeren het
water na aan de lippen. De landbouwcrisispolitiek van de regering werd
volstrekt onvoldoende en onrechtvaardig geacht. De Aktie-Bouwman verwoordde die
gevoelens van ontevredenheid en leek de R.K.S.P. een gevoelig stemmenverlies
toe te brengen. Een tegenaktie volgde: waar mogelijk werd de kiezer op het hart
gedrukt om toch vooral de katholieke "zaak" te dienen. Uiteindelijk
behaalde de Aktie-Bouwman in Schijndel bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer
9 % van het aantal stemmen.
Veldwachters
Het bewaken van de openbare orde en de gezagshandhaving dient in
elke gemeenschap ter hand genomen te worden. Vanouds speelde de locale
overheid daarin een belangrijke rol.
Evenals tegenwoordig was er altijd wel iets aan de hand. Voor
Schijndel gold als bijzonderheid dat er in de uithoeken van het dorp zich
lieden ophielden die de wet maar al te gemakkelijk aan hun laars lapten en
overtredingen begingen.
Bekend is dat er aan het einde van de vorige eeuw een bende
aktief was die reizigers op de weg van Schijndel naar Den Bosch overviel.
Dungense boeren op (terug)weg naar (van) de markten in Helmond en Eindhoven
verklaarden dat zij - wanneer zij ter hoogte van het Olie-eind waren gekomen -
steeds beducht moesten zijn voor een overval. Een nog veel beruchtere buurt
was De Berg en omgeving - nabij de grens met St. Oedenrode. Zelfs veldwachters
voelden zich er niet gemakkelijk. Veldwachter "d’n dikke Van Osch"
schrok er in ieder geval niet voor terug en dwong daarmee respect af.
Of het aan de werkzaamheden lag of aan de salariëring F. Louwers
hield het beroep van veldwachter voor gezien. Hij koos voor het rustige beroep
van "brievengaarder" (functiebenaming voor postkantoorhouder).
Veel voorkomende delikten waren diefstal van hout (te gebruiken
voor de hoepelmakerij enz.) en stroperij. Wat betreft dat laatste - sommige
jagers zaten er nogal achter heen dat de veldwachters met name daar werk van
maakten. Zo stelde Harrie Bolsius voor elke stroper die gepakt werd een premie
van een gulden in het vooruitzicht. Nota bene - het salaris van een veldwachter
was toen fl. 7,00 per
week.
Rond 1900 telde Schijndel twee veldwachters, Harrie van Osch
(geen familie van de eerdergenoemde "dikke van Osch") en Antoon
Jonkers. Hieronder staat Jonkers met zijn gezin afgebeeld (foto 1904).
Antoon (in de wieg), Johan (op de stoof), Mina Jonkers-van Osch,
Piet, Maria (met op haar hoofd de hoed van haar Eerste H. Communie), vader
Antoon Jonkers (let op de sabel) en Christiaan.
Deze laatste werd later agent van politie in Oss. Wanneer hij in
het weekend thuis op bezoek kwam deed hij in Schijndel dienst als onbezoldigd
veldwachter.
Op de foto hieronder is "d’n dikke Huub van Osch" bij
het begeleiden van een stoet te zien. Huub van Osch was in 1918 in dienst
gekomen na het met pensioen gaan van de andere Van Osch. Tot zijn pensionering
in 1940 was hij als veldwachter werkzaam. Hierna was hij nog een tijdje
controleur voor de steunverlening en werkverschaffing.
Het politiebureau was gehuisvest in het gemeentehuis. De ingang
was de deur op de begane grond, terwijl de ingang naar het gemeentehuis via het
bordes liep.
Vanaf omstreeks 1918 waren er drie veldwachters in Schijndel.
Daarnaast was er een nachtwaker in de persoon van A. Persons. Deze moest de
sluitingstijd van de café's controleren. Verder was hij gemeentebode en lantaarnaansteker.
Tijdens de kermisdagen werd er nogal eens gevochten. Men kreeg
dan ondersteuning van veldwachters uit omliggende dorpen.
P.T.T.
De Postwet van 1850 waarin was bepaald "in elke gemeente
van het Rijk wordt achtereenvolgens en zoodra de omstandigheden dit toelaten,
eene gelegenheid tot het ontvangen en verzenden van brieven met post geopend' bleef
voor Schijndel niet zonder betekenis. Vanaf 1 maart 1851 was er in Schijndel
een postkantoor gevestigd. Al te veel moet daar echter niet van voorgesteld
worden. Het postkantoor was bij een particulier aan huis, waarbij een
openstaande bovendeur of raam als loket fungeerde. Overigens tot 1852 moest de
ontvanger van brieven de porto betalen.
Tot aan de Eerste Wereldoorlog had de postbode in Schijndel het
niet erg druk. Slechts "bijzondere" personen en de hier gevestigde
bedrijven zagen de postbode min of meer regelmatig verschijnen.
Post- en telefoonkantoor stonden los van elkaar. Werd er in 1893
al gesproken over de vestiging van een rijkstelefoonkantoor, het duurde tot
1901 voordat die er ook daadwerkelijk kwam. Het werd gevestigd in het huis van
J. Mallens senior, terwijl zijn zoon als eerste telefonist dienst ging doen. In
1905 kwam er een aparte spreekcel.
Een flinke groei in het briefverkeer trad op tijdens de
mobilsatie 1914-1918. Vele Schijndelse jongens moesten 's konings wapenrok
aantrekken, wat leidde tot een levendige correspondentie over en weer. Verder
waren er in Schijndel tijdens de Eerste Wereldoorlog behoorlijk wat militairen
gelegerd. Hun verblijf hier betekende eveneens een stijging van het
briefverkeer.
Het postkantoor in Schijndel had inmiddels een "eigen"
accomodatie gekregen. Diende eerst het huis van de "brievengaarder"
als postkantoor, in 1914 werd de P.T.T. gehuisvest in een nieuw gebouwd
rijksgebouw aan de Hoofdstraat.
Schijndel telde na de Eerste Wereldoorlog al spoedig meer dan 10
postbodes. Een groot aantal, zo op het eerste gezicht. Bedacht moet echter
worden dat het hier vooral ging om hulpbodes, die ook nog ergens anders een
bron van inkomsten hadden. Immers de aanvoer van post was te onregelmatig om ze
full-time in dienst te nemen.
Eén van die part-time postbodes was Toon Verkuijlen (zie foto),
(mede)oprichter van en drijvende kracht achter de plaatselijke afdeling van de
R.K. Werkliedenbond. Daarnaast was hij gedurende vele jaren raadslid.
Directeuren van het Schijndelse postkantoor waren: C. Hutten
(1915-1923) - N.M. Numans (1923-1930) en H.M. Scholte (1930-1938). Vanaf 1 mei
1938 tot 1947 had het Schijndelse postkantoor de status van hulp-postkantoor.
Dit hield verband met de crisis van de jaren dertig en de kostenbesparingen die
ten gevolge daarvan doorgevoerd werden. Door de status van het postkantoor te
verlagen kwam de functie van directeur te vervallen en kon er zo op de
salariskosten bespaard worden.
In zijn algemeenheid werd de deelname aan het postverkeer steeds
populairder. Post werd bij uitstek een communicatiemiddel voor het grote
publiek. Hierdoor én door de groei van de bevolking was er een sterke stijging
van het postverkeer.
In 1938 of daaromtrent werd deze foto van Schijndelse postbodes gemaakt.
Dorus van de Veerdonk, Hermes, Harrie Steenbakkers, Driek van
der Heijden, Christ Steenbakkers, Peters, Janus Steenbakkers, Janus Kapteijns,
Willie Peters, Toon Hermes en Christ Lammers.